'Kort en krachtig sporten is veel gezonder'

Wie 'een gebrek aan tijd' gebruikt als voornaamste smoes om niet te sporten, heeft vanaf nu geen excuus meer. Nieuw onderzoek bewijst namelijk dat korte, intense sportsessies gezonder zijn dan lange, gematigde sessies. Zelfs met hetzelfde aantal verbrande calorieën. Kort en krachtig sporten vermindert namelijk de kans op het stofwisselingssyndroom met twee derde. Het stofwisselingssyndroom is een combinatie van vier frequent voorkomende aandoeningen: een hoge bloeddruk, suikerziekte, een verhoogd cholesterol en overgewicht. Bij patiënten met minstens drie van deze ziektes, spreekt men over het stofwisselings- of metaboolsyndroom. Zij hebben ook een grotere kans op hartziektes, beroertes en diabetes. Voor het onderzoek van Queen's University in Ontario werden de gegevens van 1.841 Amerikanen gebruikt. Ongeveer één derde daarvan leed aan het stofwisselingssyndroom. Aan alle proefpersonen werd gevraagd om een versnellingsmeter op hun rechterheup te dragen. Zo werden gedurende zeven dagen de bewegingen en de sportintensiteit gemeten. Helaas kon het apparaat niet worden gedragen in het water, waardoor zwemmen niet kon worden meegeteld als lichaamsbeweging. In het algemeen stelden de onderzoekers vast dat de meest actieve mensen het minst kans hadden op het stofwisselingssyndroom. Belangrijker was echter dat kort en krachtig sporten voordeliger bleek te zijn dan een lange, maar minder intense sportsessie. De proefpersonen die per week aan 150 minuten matige lichaamsbeweging deden, hadden namelijk 2,4 keer meer kans op het syndroom dan degenen die 75 minuten minuten intens sportten. Een opvallend detail: zelfs als er in beide sportsessies hetzelfde aantal calorieën werd verbrand, bleef het verminderde risico bij intense sportsessies bestaan. De onderzoekers merkten wel op dat hun studie een verband aantoont, maar dat het niet gaat om een oorzaak-gevolg-relatie. Daarom is verder onderzoek noodzakelijk. Toch stellen ze dat de huidige sportrichtlijnen aangepast moeten worden, met meer aandacht voor de korte en krachtige fysieke activiteiten. Denk daarbij bijvoorbeeld aan hardlopen of touwtje springen. Onder gematigde activiteiten verstaan we wandelen of op een rustig tempo fietsen.