Oorzaken van rugklachten, 90% onbekend
Specifieke oorzaken voor rugklachten worden maar zelden gevonden. Bij 92 % van de rugklachten kan geen oorzaak worden gevonden (aspecifieke klachten). Ook in het Nederlandse ROME-onderzoek kan na follow-up in 90 % van de gevallen geen specifieke diagnose worden gesteld (zie http://www.rivm.nl/vtv/object_document/o1371n18372.html). Er zijn tot nu toe veel epidemiologische studies verricht naar de determinanten van aspecifieke rugklachten (Andersson, 1991; Waddell, 1998). Deze determinanten kunnen worden ingedeeld in fysiologische en omgevingsgebonden determinanten. Voor beide typen geldt dat de onderzoeksresultaten niet eenduidig zijn. Van een aantal fysiologische determinanten wordt aangenomen dat ze van invloed zijn op het ontstaan van rugklachten: leeftijd, lichamelijke fitheid, en kracht van rug- en buikspieren. Andere fysiologische factoren lijken geen rol te spelen: geslacht, lengte, gewicht, Quetelet Index, flexibiliteit van de wervelkolom en structurele afwijkingen van de wervelkolom (bijvoorbeeld scoliose, kyfose, artrose). Van een aantal omgevingsgebonden determinanten wordt aangenomen dat ze een rol spelen bij het ontstaan van rugklachten: fysiek zwaar werk, tillen, buigen, draaien, duwen en trekken (en de combinatie van deze laatste drie met tillen), trillingen en ongevallen (Burdorf et al., 2003). Ook is er groeiende aandacht voor de rol van angst, depressie, emotionele instabiliteit, ontevredenheid over het werk en alcohol- of drugsproblemen, bij het ontstaan en voortduren van chronische aspecifieke rugklachten (Manek & MacGregor, 2005; Steenstra et al., 2005). Bronnen:
- The Back Pain Revolution, ed 2 Waddell G Edinburgh, United Kingdom, EH1 3AF
- Andersson G.. The epidemiology of spinal disorders in The Adult Spine: Principles and PracticeRaven Press 1991.
- Workplace interventions, L A M Elders and A Burdorf PhD, Department of Public Health, Erasmus MC, University Medical Center Rotterdam, PO Box 2040, 3000 CA Rotterdam, The Netherlands;
- Epidemiology of back disorders: prevalence, risk factors, and prognosis. Nisha J. Maneka and A.J. MacGregorb. Curr Opin Rheumatol 17:134—140. ª 2005 Lippincott Williams & Wilkins
- http://www.rivm.nl/vtv/object_document/o1378n18372.html
Recente nieuws items
- Europese samenwerking voor preventie en gezondheidsbevordering!
- Wat is de preventieve kracht van leefstijl aspecten?
- AML 7-32: Het 21-7 vetverbrandingsconcept!
- AML 6-32: Minimaal 10 minuten aaneensluitend bewegen, maar waa...
- Leefstijl kwaliteit fasen van de primaten/mensheid
- Versterk je lijf, je brein en je weerstand!
- AML 5-32: Welke beweegactiviteit is DE grote vetverbrander?
- Waarom is flexibiliteitstraining essentieel?
- Hoe voeding onze levensduur beïnvloedt: Inzichten uit nieuw o...
- AML 4-32 - Vetverbranding verhogen door insuline management aa...