Laagopgeleide steeds ongezonder

Gewoontes als slecht eten zijn verantwoordelijk voor een kwart van de ziektes. © REUTERS

De gezondheidsverschillen tussen hoog- en laagopgeleiden worden steeds groter. De vooruitzichten op een gezond leven verslechteren voor laagopgeleiden terwijl die voor hoogopgeleiden stijgen. Een kwart van de ziektes is te wijten aan welvaartskwalen door slecht eten, roken, overmatig alcoholgebruik en weinig bewegen. De overheid moet ingrijpen door voeding duurder te maken en een preventief gezondheidsbeleid te ontwikkelen.  Dit zegt de Raad voor Volksgezondheid en Zorg (RVZ) in het rapport Preventie van welvaartsziekten dat vandaag wordt gepresenteerd. De raad adviseert minister Edith Schippers van Volksgezondheid. De Tweede Kamer debatteert volgende week over de preventieve gezondheidszorg. Jaren in goede gezondheid Gemiddeld stijgt de levensverwachting van alle Nederlanders, maar bij hoogopgeleiden stijgt die harder dan bij laagopgeleiden. Het aantal jaren in goede gezondheid stijgt bij hoogopgeleiden, terwijl die bij laagopgeleiden juist daalt, blijkt uit het RVZ-rapport. De laagst opgeleide vrouwen krijgen nu rond hun 52ste jaar gezondheidsklachten. Dat is twintig jaar eerder dan hoogopgeleide vrouwen. Tien jaar geleden was dit verschil nog zestien jaar. Het toenemende verschil ligt volgens de RVZ aan welvaartsziekten door slechte voeding, roken, alcohol en een gebrek aan beweging.  De RVZ pleit voor een vettaks, een speciale accijns op slechte grondstoffen in voedsel. Ook wil de raad dat over voeding het hoge btw-tarief wordt geheven in plaats van het lage tarief dat nu geldt. Daardoor zou eten duurder worden. Dat ontmoedigt volgens RVZ-voorzitter Rien Meijerink overmatig eten.  Zorgverzekeraars en gemeenten Zorgverzekeraars moeten volgens de RVZ worden aangemoedigd de gezondheid van hun klanten te bevorderen. Nu zijn zij alleen gericht op het vergoeden van zorg als het te laat is. Ook gemeenten moeten zich actiever opstellen. Zij krijgen een steeds grotere rol in de zorg voor hun inwoners.  De gemeenten moeten hun gezondheidsdiensten, de GGD's, hierbij een grote, actieve rol geven. Laurent de Vries, directeur van GGD Nederland, noemt de ziekteverzekering 'pervers'. 'Zorg wordt beloond op basis van productie. Hoe meer behandelingen, hoe meer geld, maar op het moment dat iemand tot een risicogroep behoort, wordt preventie niet gefinancierd. Dat moet anders.'   De RVZ stelt de vorming van een 'preventiefonds' voor waaruit gemeenten, verzekeraars, GGD's, zorg- en welzijnsorganisaties samen gezondheidsbevorderende projecten kunnen betalen. De raad denkt aan 1 procent van de totale zorgverzekeringspremie, 350 miljoen euro. 'Als gemeenten ook bijleggen, kan het oplopen tot een half miljard euro.' Dit bedrag ziet Meijerink als een investering in de toekomst. 'De kost gaat voor de baat uit.' Meijerink verwijt de politiek gezondheidsbevorderend beleid als 'betuttelend' te negeren. 'De belangrijkste tegenkracht is ideologisch. Als je de leefstijl van mensen beïnvloedt, dan betuttel je. Dat is paternalisme, bevoogding. Misschien is het verkeerd als we het over preventief beleid hebben en over leefstijlbeïnvloeding. We moeten de gezondheidsbescherming invullen, zeker voor de jeugd. Vanuit moreel opzicht moeten we juist wel ingrijpen.' 

Datum: 15-12-2011